Grote familie met meer dan 100 soorten en cultivars, allen varianten op de bij ons in het wild bekende brem.
Kenmerken
Plantensoort: | Heester |
Gebruik: | Bodembedekker, Groep, Kleine groep, Parkbeplanting, Vakbeplanting, Windbreker |
Habitat: |
Ijzersterke plant die zeer goed tegen (zee)wind en (stads)vervuiling bestand is
|
Min. hoogte: | 40 cm |
Max. hoogte: | 250 cm |
Bijzondere kenmerken
Bloeiperiode: | April - Juni |
Bloemkleur: | Geel, Oranje, Rood, Tweekleurig, Wit |
Bloemen: |
Lichtgeurende bloemen, meestal zo'n 2 cm groot, in losse trossen.
|
Vruchten: |
Bruinzwarte peulen ('kokers') die in de zon openspringen waarna de (giftige) zaden in het rond vliegen
|
Herfstverkleuring: | Groen |
Bladeren: |
Weinig en klein blad. De onderste bladeren zijn meestal drietallig handvormig, de bovenste enkelvoudig samengesteld. Typisch voor de meeste bremsoorten is dat hun twijgen mooi groen blijven in de winter.
|
Wintergroen: | Bladhoudend, Bladverliezend |
Standplaats en vereisten
Lichtregime: | Halfvolle zon, Zon |
Grond-vochtigheid: | Normaal |
Grond-zuurtegraad: | Neutraal, Zuur |
Winterhard: | Ja |
Zouttolerant: | Ja |
Plantdichtheid: |
1 per vierkante meter
|
Onderhoud: |
Brem bloeit op hout van het vorige jaar. Snoei de twijgen meteen na de bloei tot een derde in.
|
Bijzonderheden: |
Wordt ook op stam gekweekt, als miniboompje.
|
Cultivars: |
Cytisus scoparius wordt het hoogst en bloeit het rijkst. Hollandia bloeit tweekleurig, met lilaroze en roomwit. De praecox-hybriden hebben wat meer overhangende twijgen. Cytisus x beanii blijft lager, tot 40 cm.
|