Op de oude Fluviussite aan de Ham startte in het voorjaar 2025 een bijzonder experiment. Onderzoekers van Stad Gent, Gents MilieuFront, UGent en Viaverda willen weten hoe nieuwe vegetatie zich ontwikkelt wanneer bij het ontharden van een terrein verschillende soorten puin in de bodem achterblijven. Kunnen planten daar beter op groeien, of net niet? Het antwoord moet steden helpen om verharde plekken zoals straten, bedrijventerreinen en koertjes sneller en efficiënter te vergroenen.
De Fluviussite wordt de komende jaren omgevormd tot een wijkpark en een nieuwe school, maar vandaag is de ondergrond nog grotendeels verhard. Omdat de stenen en het asfalt toch moeten verdwijnen, grijpen de Stad Gent, Gents MilieuFront, UGent en Viaverda de kans om te experimenteren met verschillende onthardingstechnieken.
In totaal werden 36 testvakken van vier vierkante meter aangelegd. Daarin wordt gevarieerd met bodemsamenstelling en aanlegmethode: funderingen bleven liggen, werden verwijderd of gemengd; sommige vakken kregen compost, andere niet; sommige werden ingezaaid, andere beplant. Zo willen de onderzoekers te weten komen welke combinaties het meest kans bieden op een rijke en robuuste vegetatie. Kruiden zoals klaver, tijm, kattenkruid en smalle weegbree zullen de eerste resultaten zichtbaar maken.
Het experiment ligt vlak naast de plek waar deze zomer een tijdelijke invulling kwam, zodat buurtbewoners van dichtbij konden kennismaken met het proces van ontharden en vergroenen.
De proef maakt deel uit van het Europese project Rewild The City, dat wordt ondersteund door Europa, Oost-Vlaanderen en de Vlaamse overheid.
Bron foto: Proefvakken ontharding op de Fluviussite © Stad Gent
Gerelateerde artikels