Het voorplein van de faculteit Bouwkunde van de TU Delft wordt verbouwd tot Stadsklimaatbos in de vorm van een boomrijke wadi. Daarmee wordt het plein niet alleen een fijnere plek voor studenten en medewerkers om te vertoeven maar wordt het ook een living lab. Dr. Nico Tillie bestudeert met zijn team alle niveaus, van de bodem tot hoog in de lucht en van uitstoot tot biodiversiteit. Volgens Dr. René van der Velde betekent de omvorming niet minder da het uitvinden van een nieuw bostype.
De Urban Climate Grove of bomenwadi is een volgende stap in de ECOcampusstrategie van de TU Delft en in het toepassen van nature based solutions in stedelijke gebieden. Er is behoefte aan nieuwe stedelijke groentypologiën en daaraan wordt gewerkt door de afdelingen Stedelijk Ecologisch Ontwerp en Stedelijk Bosbeheer van deze Nederlandse universiteit.
Rosa de Wolf, René van der Velde, Rene Hoonhout en Nico Tillie besloten het oorspronkelijke idee te laten varen om simpelweg de aanwezige bomen in potten in de bestrating te planten. In plaats daarvan ontwierpen ze een inunderende 'bosbodem' van meerdere niveaus die dient als een wadi voor wateropvang vanaf het dak van het faculteitsgebouw. De verschillende bodemniveaus en gradiënten bieden habitats voor zowel natte als droogteminnende (boom)soorten. De biodiversiteit krijgt een boost terwijl de ruimte bruikbaar voor studenten en personeel. Zij hopen dat het ontwerp kan dienen als een nieuw voorbeeld in nature based solutions en synergetische stedelijke landschapsplanning. Het vernieuwde plein zal ook een belangrijk onderdeel worden van de 3-30-300 regel van Cecil Konijnendijk die langzaam wordt geïmplementeerd op de ECOCampus.
De bomenwadi wordt een living lab voor onderzoek naar hittestress, wateropslag, biodiversiteit van bodem tot vegetatie en fauna, en naar de wortelontwikkeling van de bomen. De Stockholm-methode wordt gebruikt langs het hoofdpad om ervoor te zorgen dat bomen net zo succesvol kunnen groeien als die in het midden van de wadi. De bomen staan in drie verschillende mengsels van gebroken beton, biochar en zand.
Normaal bij dit soort projecten wordt de grond verrijkt met potgrond, maar de productie daarvan houdt vaak in dat veengronden in bijvoorbeeld Estland worden afgegraven. Dat is niet erg duurzaam. Daarom zal de wadi experimenteren met minimaal veengebruik. Om te experimenteren met het creëren van gezonde groeiomstandigheden met een beperkte hoeveelheid turf, is de wadi verdeeld in 18 secties met drie verschillende grondsoorten: geen turf, een beetje turf of een conventionele hoeveelheid turf. Dit maakt het mogelijk om de groei van bomen onder verschillende bodemomstandigheden te observeren en te analyseren en extra argumenten te vinden dat het gebruik van turf niet nodig is
Meer info: Van bakstenen naar boomwadi: Bouwkunde verbouwt haar voorplein (tudelft.nl)
Bron foto: Het voorplein van de TU Delft bestaat grotendeels uit verharding. © Jan van Galen / Wikimedia Commons
