Tot en met 19 februari 2023 pakt het Emile Van Dorenmuseum in Genk uit met een boeiende tentoonstelling gewijd aan bomen en bossen. De expo toont historische werken van bomen en bossen, van een eenzame berkenboom langs de vijvers tot de aangeplante, geneeskrachtige dennenbossen. Met in de rand een heleboel boeiende activiteiten.
Eeuwenlang domineerden uitgestrekte heidevlakten met landduinen en spiegelende vijvers, vliegdennen en berkenbomen het landschap in en rond Genk. Grote delen ervan waren publieke gronden waar iedereen zijn kuddes kon laten grazen en drinken of heideplaggen oogsten. De wet op de woeste gronden uit 1847 verplichtte gemeentes deze gronden te verkopen om ze te laten ontginnen. Uitgestrekte naaldbossen werden aangeplant en de eindeloze horizon van weleer werd niet langer enkel door de eenzame toren van de Sint-Martinuskerk doorbroken. Met het wegvallen van de heidecultuur en de grazende kuddes bebosten ook stilaan grote delen van het Genkse landschap.
Vanaf het midden van de negentiende eeuw kreeg dit gevarieerde landschap een grote aantrekkingskracht op natuurwetenschappers om zijn boeiende diversiteit en op kunstenaars om zijn inspirerende schoonheid.
De tentoonstelling 'Over bomen en bossen' toont niet alleen werk van deze 19de-eeuwse landschapsschilders. Ook vandaag zijn bomen en bossen een onuitputtelijke bron van inspiratie voor kunstenaars. Zo is er werk van kunstenaar Quinten Torp. In de reeks 'The Struggler' verbeeldt hij de kracht van de oude eikenstoven. Verder toont de expo ook werk van Stijn Cole, Marc Claes en Ingrid Godon.
In de marge van de tentoonstelling organiseert het museum geleide bezoeken en themawandelingen in de streek. Bekijk hier het volledige nevenprogramma.
