Jules Buyssens (1872 – 1958) is een belangrijke figuur in het domein van tuin- en landschapsarchitectuur. De tentoonstelling in het CIVA in Brussel geeft een overzicht van de loopbaan van Buyssens, die zijn stempel heeft gedrukt op de geschiedenis van de tuinarchitectuur. Daarnaast probeert deze ook een antwoord te bieden op hedendaagse vragen zoals de relatie tussen ecologie en landschapsarchitectuur en de roeping en de ambities van de opleiding in landschapsarchitectuur.
Picturesque geeft een overzicht van de loopbaan van Jules Buyssens (1872-1958), belangrijke Belgische tuin- en landschapsarchitect. Daarnaast tracht de tentoonstelling een antwoord te bieden op actuele wetenschappelijke en ecologische uitdagingen en zet ze daarbij de creatieve beroepen in de kijker.
De Brusselaars hebben onder meer de tuinen van de Villa Van Buuren te Ukkel, het Ossegempark en de restauratie van de tuinen van de abdij van Terkameren aan Buyssens te danken. Daarnaast was hij ook Inspecteur van de Dienst Plantsoenen van de stad Brussel en hoofdlandschapsarchitect voor de Wereldtentoonstelling van 1935. Een van zijn vele volgelingen en medewerkers was René Pechère.
Buyssens was initiatiefnemer van de beweging en het tijdschrift Le Nouveau Jardin Pittoresque (1913-1940). Met de term ‘pittoresque’ doelde Buyssens op het onregelmatige en willekeurige karakter van de natuur; hij verwees ook naar het Engelse woord picturesque – ‘‘waardig om te worden geschilderd’’ - ‘‘schilderachtig’’ in het Nederlands.
Zijn oeuvre, dat even eigenzinnig als gevarieerd was, heeft onze landsgrenzen ruimschoots overschreden: hij heeft wellicht als enige Belgische landschapsarchitect uit de eerste helft van de 20ste eeuw in meer dan tien Europese landen gewerkt.
TENTOONSTELLING
De tentoonstelling biedt een chronologische opbouw die bezoekers toelaat de evolutie doorheen het werk van Buyssens te ontdekken, gaande van het gemengde landschapspark in de Franse traditie, tot de ‘pre-ecologische’ bezorgdheden van de jaren 1920 en de art deco. Een reeks thematische hoofdstukken worden aangehaald.
Le Nouveau Jardin Pittoresque, de beweging die door Buyssens geleid werd in samenwerking met enkele botanisten verbonden aan de Université Libre de Bruxelles, ontwikkelde een nieuwe visie op het landschapsontwerp. Een mooi voorbeeld van de concretisering van deze beweging is de experimentele botanische tuin Jean Massart te Oudergem. Dit deel van de tentoonstelling stelt een reeks prachtige botanische modellen van het beroemde merk Brendel tentoon, evenals de originele microscopen die in de jaren 1920 gebruikt werden voor de aanleg van de plantentuin Jean Massart.
Een hoofdstuk gewijd aan Adolphe Buyssens, broer van Jules en fotograaf, geeft de opkomst van de kleurenfotografie weer aan de hand van allerhande fotomateriaal, en met behulp van een stereovisiesysteem waarmee deze verrassende beelden met dubbele focus in 3D kunnen worden bekeken.
Ook Buyssens’ veelzijdige internationale opleidingsparcours komt aan bod. Hij rondde zijn opleiding af met een periode van zes jaar bij het ontwerpbureau van Édouard André (een van de ontwerpers van het Buttes-Chaumont-park in Parijs): de perfecte aanleiding om diverse zelden te bezichtigen documenten te belichten.
Tenslotte wordt ook de Wereldtentoonstelling van 1935 aan de Heizel belicht. Jules Buyssens was hoofdlandschapsarchitect voor dit project. Als meesterstuk wordt een groot plan van het Ossegempark voor het eerst tentoongesteld.
Van 30 september 2022 tot 12 februari2023
Meer info: CIVA
Gerelateerde artikels
