Steden en dorpen zijn mozaïeken van groene, blauwe en grijze elementen. Enerzijds kleine bosjes, parken, beken en grachten, anderzijds verharde pleinen of gebouwen met gevels en daken, met of zonder tuin of terras. De verschillende elementen liggen geordend naast elkaar, vaak zonder overgang of koppeling. De stad vormt een unieke habitat, gedeeld door mensen, dieren en planten. De recente coronacrisis bracht, zeker in de steden en dorpskernen, de nood aan toegankelijke natuur aan het licht. Meer nog: mensen willen zich onderdeel voelen van natuur. Het stedelijke natuurproject “Cities Thinking like a Forest” wil die filosofie verder concreet vormgeven.
Natuur in een stad of stedelijke omgeving blijkt onmiddellijk een positieve impact te hebben op het welzijn en de gezondheid van de aanwezige gemeenschap. Betere ontwikkelde natuurlijke steden en dorpskernen zijn een cruciale stap om de druk op natuur in de buitengebieden te verlagen. Meer ‘natuurlijke’ steden en dorpen voor mensen verhogen de levenskwaliteit, de gezondheid en geven een cruciale boost aan de biodiversiteit. Lokaal natuurbeleid kan weerstand, of zelfs angst, bij de bevolking creëren. Burgers en buurten in staat stellen zelf kleine, maar impactvolle, veranderingen door te voeren kan hier voor verandering zorgen.
Onze visie op stedelijke natuur beschouwt de mens samen met zijn omgeving als een gedeelde habitat en allen onderdeel van ‘natuur’. Samen met de betrokken actoren in de buurt definiëren we een gepast lokaal natuurbeeld. We gebruiken het Natuurweefselplan als methodiek en basis. We faciliteren een shift binnen de drie dimensies die betrekking hebben op ontwikkeling/beheer en bescherming van stedelijke Natuurweefsel: beleid, wetenschap en burgerschap.
Het Natuurweefselplan
Het verbinden van de groene, blauwe en grijze elementen noemen we Natuurweefsel. Natuurweefsel wil vanuit sociaal-ecologisch (mens en stad is natuur) standpunt een antwoord bieden op een gebrek aan natuur in stedelijke omgeving en een achteruitgang van de biodiversiteit. De kwaliteit van de relaties tussen mens, dier en plant staat hierin centraal. Met ‘mens’ bedoelen we naast de burger, uiteraard ook ondernemers en verenigingen. Het opbouwen van Natuurweefsel gebeurt in een Natuurweefselplan, waarin natuur uiteraard de kern vormt.
Het Natuurweefselplan is fundamenteel gericht op een co-creatie in de betrokken gemeenschap/buurt. In het Natuurweefselplan stellen we doelen en beheerwerken voorop en beheren we samen een financiële en andere waarde. Dat kan de aanleg zijn van een simpele egeltunnel en het plaatsen van gierzwaluwnesten onder de dakgoot. Maar evengoed het openleggen van een ingebuisde beek, het ontharden van straten, ontkoppelen van hemelwater, het maken van een retentiebekken dat een avontuurlijke natuurspeeltuin herbergt, enzovoort.
Het Natuurweefselplan legt voor 24 jaar de sociaal-ecologische ontwikkelingen, het beheer en de borging voor een buurt vast. Elke zes jaar wordt het plan samen met alle stakeholders geëvalueerd en bijgestuurd. Het moet een ontwikkelings- en samenwerkingskader bieden op basis van een gemeenschappelijke visie en doelstellingen en eigenaarschap. We leggen de inrichtingsvisie voor een buurt vast voor lange termijn. We maken stedelijke natuurdoelstellingen zichtbaar voor de gemeenschap. Het ultieme doel is de leefbaarheid van de bewoners en specifiek biodiversiteit in steden en dorpskernen te verhogen.
Proefprojecten
In de aanloop van het innovatietraject (2020-22) werkten we, samen met andere beleidspartners (het Departement Omgeving, Steden en Provincies) mee aan twee ‘broedprojecten’: Ringpark Groene Vesten in Antwerpen/Berchem en ‘den berm’ in Mortsel/Wilrijk.
Momenteel wordt het Natuurweefselplan getest en bijgestuurd in drie frontrunnersteden: Genk, Vilvoorde en Antwerpen/Berchem. Met die ervaring wordt het instrument Natuurweefselplan verfijnd en werken we een opleiding uit om dit plan ingang te doen vinden in alle steden en gemeenten van Vlaanderen.
Natuurhuis Brialmont in Berchem
ANB treedt vanuit de Vlaamse overheid op als regisseur Stedelijke Natuur en werkt hierbij in nauw partnerschap met het Departement Omgeving. Het Natuurhuis Brialmont zal voor het Agentschap voor Natuur en Bos de thuisbasis worden van het Vlaamse kenniscentrum stedelijke natuur. ANB wordt hier bovenlokaal co-creatief ondersteund door het Departement Omgeving en het INBO. Het Natuurhuis Brialmont zou in 2024 de deuren openen.
Het Natuurhuis Brialmont wordt dus een echte broedkamer waar lokale, bovenlokale en internationale stakeholders elkaar kunnen ontmoeten en samenwerken. Ringpark Groene Veste zal, samen met haar deelgebieden, een leerlandschap vormen en zo integraal deel uitmaken van het Natuurhuis. Dat wordt een coworking space met gedeeld ruimtegebruik in functie van de sociaalecologische maatschappelijke transitie die we willen bereiken. Het Natuurhuis Brialmont staat dus voor een echte ontmoetingsplek en wordt daarmee een gemeenschappelijke uitvalsbasis voor de (lokale) publiekswerking.
Meer info: Stedelijke natuur